De frituurbedrijven, zoals cafetaria’s en snackbars, behaalden in de maanden juli, augustus en september van dit jaar goede resultaten. Ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar steeg de omzet met 2,7 procent. Dit blijkt uit de meest recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) die op verzoek van vakvereniging ProFri zijn gespecificeerd. Directeur Frans van Rooij noemt de cijfers “uitermate bemoedigend”. “De branche heeft nu langjarig de opwaartse koers weer te pakken. Dat geeft de burger moed, want de kwakkeljaren liggen ons nog vers in het geheugen.” Wel uit Van Rooij zijn zorgen over de vele bedrijven die achterblijven.
De frituursector groeit al 14 kwartalen op rij. Een kleine uitzondering vormt het eerste kwartaal van 2015, toen er sprake was van een dip van 1,8 procent. Tegenover deze incidentele terugval staan veel kwartalen waarin het cafetaria’s en snackbars bijzonder voor de wind ging. Zo toonde het derde kwartaal van 2016 de grootste groei in een lange reeks van jaren, namelijk liefst 10,4 procent. Deze en andere cijfers van het CBS zijn gebaseerd op gespecificeerd onderzoek onder leden van vakvereniging ProFri. Directeur Frans van Rooij ziet in de praktijk grote verschillen. Hij zegt hierover: “2,7 procent is en blijft een gemiddelde. We zien dat sommige franchisemerken gemiddeld nog wat beter presteren. Daarnaast zijn er incidentele bedrijven die dubbele cijfers boeken. Maar daar tegenover staan frituurbedrijven, vooral oudere bedrijven in de steden, die juist beduidend onder de maat presteren.”
Groei horeca
De horeca als geheel groeide volgens het CBS in juli, augustus en september met 5,6 procent, vergeleken met dezelfde maanden vorig jaar. Dit betekent dat zelfs 17 kwartalen achter elkaar sprake is van groei. Terwijl het segment frituurbedrijven achterbleef bij het horecagemiddelde, presenteerde de totale fastfoodgroep waarbij cafetaria’s zijn ingedeeld juist beter. De groep ‘fastfoodrestaurants, ijssalons, cafetaria’s, lunchrooms et cetera’ kwam in het derde kwartaal van 2017 uit een op een omzettoename van 7,1 procent. Bekend is dat met name (Amerikaanse) fastfoodrestaurants in ons land uitstekende zaken doen. Zij krikken het gemiddelde in de ‘fastfoodgroep’ aanmerkelijk op. Van Rooij: “We weten zeker dat er ook frituurbedrijven zijn die soortgelijke groeicijfers behalen, meer dan 7 procent dus. Daar tegenover staan zoals gezegd de nodige achterblijvers. Een aantal daarvan, ik vermoed enige honderden bedrijven, zit in de min. Er staan niet voor niets zoveel snackbars, cafetaria’s en frituren te koop in ons land.”
Volume stijgt
In de totaalgroep fastfoodrestaurants et cetera nam niet alleen de omzet substantieel toe, maar zag het CBS ook volumegroei. Het aantal verkochte consumpties nam met 4,0 procent toe ten opzichte van 2016. De rest van de 7,1 procent komt op het conto van prijsstijgingen. Van Rooij kent het cijfer voor de volumegroei in het deelsegment cafetaria’s niet. Wel verwacht hij dat er bij beter scorende bedrijven zeker sprake is van een gezonde groei van het aantal verkochte producten. Van Rooij wil wat dit betreft de sector iets op het hart drukken: “Veel ondernemers kijken alleen naar hun omzet. Als die stijgt en hoger ligt dan het voorgaande jaar, zijn ze tevreden. Maar je moet kijken naar meer aspecten. Zoals je kosten, en dus de winstgevendheid. Maar ook is het belangrijk dat je de volumegroei monitort. Het is belangrijk om te weten of je meer producten verkoopt en welke producten dit dan zijn. Neemt jouw volume niet toe, dan kan jouw omzet alleen groeien door prijsstijgingen. Dat is op den duur een doodlopende weg. Verkoop je steeds minder producten voor steeds hogere prijzen, dan gaat het natuurlijk ooit een keer helemaal mis.”