In De Meierijsche Kar in Den Bosch is oud en nieuw perfect verenigd. Het interieur is al vijftig jaar hetzelfde, maar de klassiekers
van toen worden in een nieuw jasje gestoken. In een zaak waar de tijd lijkt stil te staan, vindt de gast ouderwetse Brabantse gezelligheid.
Bart Repko heeft De Meijerijsche Kar overgenomen van zijn vader en moeder. ÂAls de stoelen konden praten, dan hadden we nu een heel mooi verhaal gehadÂ, lacht hij. De inrichting heeft de Bosschenaar voor het grootste gedeelte hetzelfde gelaten, de klassieke gerechten heeft hij in een nieuw jasje gestoken. ÂWe serveren nog steeds het uitsmijtertje en het balletje gehakt, alleen nu op een moderne manier. Zo heeft het witte zachte broodje bij de gehaktbal plaatsgemaakt voor een harde pistolet. Onze gerechten zijn traditioneel; je moet hier natuurlijk niet met kreeft beginnen. Soms bedenk ik eens wat leuks: een asperge- of wildavond. Daar komen mensen zeer zeker speciaal op af, vooral veel vaste gasten. Ik bied het dan ook aan voor een leuk prijsje, want niet iedereen heeft diepe zakken. Repko maakt bijna alles zelf. ÂAlles wat we zelf kunnen maken, doen we en dat proef je. ZoÂn 70 tot 80 procent maken we zelf. Gisteren hebben we bijvoorbeeld een lekkere pastinaakpuree met hachee gemaakt; ook weer een bewuste keuze voor een herkenbaar gerecht.Â
*Eetcafé of lunchroom?*
Lunchrooms zijn er, net als mensen, in vele soorten en maten. De zaak van Bart houdt het midden tussen een lunchroom en een (eet)café. Is dat ook een bewuste keuze? ÂVroeger, toen mijn ouders hier nog achter de toog stonden, was deze zaak, wat men noemt, een café-restaurant, daarna een eetcafé. Dat we ons richten op eten, is verstandig geweest. De kroegen hebben het zwaarder en zwaarder; de jeugd gaat naar festivals en die zijn erg duur. Ze besparen naar mijn idee op uitgaan in de stad, omdat ze genoeg geld voor zoÂn festival over willen houden. Daarnaast is de verhoging van de alcoholleeftijd ook een crime. Geef die jongens toch gewoon een biertje, als ze maar van de rotzooi afblijven. Zo sta ik er in, en met mij veel café-eigenaren. Mijn zoon van 15 krijgt gewoon bier in de kroeg hoor, en ik vind dat prima, zolang het maar met mate is. Bij ons is de omzetverhouding 70 procent uit eten en 30 procent uit drinken, maar dat is exclusief de evenementen. Met carnaval zijn we wel weer gewoon een café: tafels en stoelen eruit en de hele dag bier tappen. Razend druk is het hier dan. Als ik alle evenementen meeneem die hier in de Bossche binnenstad worden gehouden, dan kom ik op een omzetverdeling die fifty-fifty is. Er zijn nogal wat evenementen hier; gelukkig maar.Â
*Bezoektijden verschuiven*
Volgens de Bossche ondernemer zijn er in de vijftig jaar dat De Meierijsche Kar bestaat, veel zaken veranderd. ÂJe merkt dat alles verschuift. Zo gaan mensen pas later de stad in en zijn de koopavonden en de woensdagmarkt minder populair. Zondagen zijn echter erg in opkomst. Althans, qua bezoek in de stad. Het is toch vaak Âfunshoppen wat mensen dan doen; misschien komt dat door de internetwinkels. Als ondernemers moeten wij ervoor zorgen om flexibel met deze veranderingen om te gaan. Ik zeg altijd: ÂAls mensen in de stad zijn, laat ze dan in de stad blijven. Iedereen betaalt hier in Den Bosch mee aan de winkeliersvereniging, en dat werkt goed. De winkeliersvereniging organiseert leuke dingen, zodat we meer gasten kunnen verwelkomen, en zorgt bijvoorbeeld ook voor de kerstverlichting in de binnenstad.Â
Lees het volledige artikel in de digitale editie van "Lunchroom!":http://www.lunchroom.nl/blad/140/
~Thijs Jacobs & Christel Tuin~
Ouderwets genieten in De Meierijsche Kar
5 maart 2015